Voor 15:00 besteld, dezelfde dag verzonden
Hoe het nu zit met Knikmops in Nederland? Bij handelsonderneming Veluwenkamp krijgen ze de vraag vaker, dus eigenaren Karel en Célestin hebben hun antwoord direct klaar: “Wij zijn de dealer voor Midden en Noord-Nederland, alles boven de lijn Utrecht-Amersfoort.”
Na het rumoer rondom de beëindiging van het Knikmops-importeurschap vorig jaar is het stof inmiddels weer neergedaald. En leek het zelfs wat stil. Niets is minder waar, want Knikmops heeft het laatste jaar doorgepakt met de ontwikkeling van nieuwe elektrische versies van de minishovels én er komt volop nieuws aan over uitbreiding van de range aan machines met een dieselmotor. Handelsonderneming Veluwenkamp is al 27 jaar Knikmops-dealer en zet die bestaande samenwerking met de Belgische fabrikant op dezelfde voet door, voortaan zonder tussenkomst van een importeur.
“We betrekken de machines nu rechtstreeks vanaf de fabriek in België en hebben daardoor zelfs kortere lijnen dan voorheen” schetsen vader en zoon Karel en Célestin Toebast. “Met onze eigen vrachtwagen en aanhanger haal ik elke twee á drie weken een vracht nieuwe machines bij de fabriek, dat vind ik niet alleen zelf mooi om te doen, zo spreek ik de mensen op de fabriek ook regelmatig. Die korte lijn werkt erg goed. Als we een machine bestellen met speciale opties dan kunnen we dat direct even met de productie daar bespreken. Zeker voor de elektrische machines is Nederland écht een belangrijke markt voor Knikmops en daarom vinden ze onze terugkoppeling over de praktijk ook belangrijk. Dat nemen ze serieus” legt Célestin uit.
Handelsonderneming Veluwenkamp richt zich van oudsher op de stratenmakers, hoveniers en de infra. Dat is ook terug te zien aan de winkel en webwinkel waarin het bedrijf allerlei gereedschap en toebehoren voor deze doelgroep levert, van afzethekken tot werkkleding. “We verkopen ook stampers en trilplaten en daarnaast vacuümsystemen en legklemmen.”
Het streven is een breed pakket inclusief minigravers zodat klanten op één plek alles kunnen vinden. Service is een belangrijke pijler, daarom is er naast de eigen werkplaats ook een verhuurvloot. “We doen dat een beetje bescheiden. Onze klanten zijn soms óók verhuurbedrijven, dus daar willen we niet mee concurreren, maar dankzij de verhuurvloot kunnen we onze eigen klanten altijd vooruit helpen als ze een extra of vervangende machine nodig hebben.” Veluwenkamp heeft daarnaast een eigen financieringsmaatschappij waarmee het de financial lease in eigen huis kan regelen. Zo is kopen, huren en leasen onder één dak te vinden.
Karel Toebast werkte altijd als monteur bij aannemer Veluwenkamp Bedrijven. Van daaruit is de handelstak ontstaan, in eerste instantie opgericht samen met compagnon Willem Veluwenkamp. Destijds bestond het aanbod vooral uit zaagbladen en trilplaten. “Eind jaren ‘90 kwamen de eerste minishovels. Toen we hoorden van Rollmops en Knikmops uit België hebben we die machines hierheen gehaald. Eerst één, toen al snel een tweede en niet veel later ging het van vijf naar tien per jaar.” Intussen verkoopt het bedrijf vele tientallen nieuwe Knikmopsen op jaarbasis en zijn er 14 vaste medewerkers.
Zoals de ondernemers eerder aangaven zijn de elektrische machines binnen het assortiment in opkomst. “Dat is de laatste jaren écht op stoom gekomen. We zijn begonnen met zelf machines te elektrificeren, maar inmiddels komt alles origineel af fabriek. De 180E en 140E zijn populaire elektrische machines. Daar hebben we er zeker 50 van lopen en ze doen het goed, ook omdat ze zuinig met de energie omgaan. Deze types hebben namelijk twee elektromotoren. Het hydraulisch systeem is gescheiden tussen rij- en werkhydrauliek. Wanneer je alleen rijdt gebruik je maar één motor en pomp, de andere staat stil en begint pas te werken zodra je de giek bedient.”
Inmiddels heeft Knikmops ook een elektrische versie van het kleine type 100 klaar. Deze 100E weegt slechts 1.200 kilo en in dat segment is een elektrische minishovel vooralsnog uniek.
Veluwenkamp merkt echter wel onzekerheid in de markt voor elektrische machines. Zeker nu de politiek zero-emissie zones ter discussie heeft gesteld worden klanten onzeker en stellen ze hun keuze uit. “De markt is erg grillig op het moment. Soms is er even amper vraag en dan verkoop je plots toch weer een serie elektrische machines” vertelt Karel Toebast, die wel van mening is dat de subsidieregelingen in dit segment hun doel voorbij schieten. Omdat het elektrisch motorvermogen laag is en de kWh-capaciteit van het accupakket óók, is de subsidie vanuit bijvoorbeeld de SSEB-regeling voor zulke machines relatief erg laag. Dat terwijl de meerprijs voor sommige klanten wél erg fors is.
“Het geld klotst bij onze klanten niet tegen de plinten, het is dus logisch dat zij héél goed nadenken voordat ze veel geld investeren. De subsidies die er nu zijn stimuleren onze klanten niet écht. Het loont amper nog om subsidie aan te vragen voor dit soort machines is onze ervaring, interessanter zijn nu de groenfinanciering van banken of de stimulans vanuit de Rabobank voor deze machines.”
Sowieso heeft regelgeving veel meer impact op de machinemarkt dan voorheen, merkt Toebast. Ook binnen de conventionele machines. Zo zijn er verschillende kopers die voorsorteren op een brede roetfilterplicht en daarom kiezen voor een Knikmops 140 mét schonere commonrail-dieselmotor in combinatie met roetfilter, in plaats van een scherper geprijsde 130 die volgens de letter van de wet zónder roetfilter toekan. Tegelijk is er ook nog veel onduidelijk, dat zorgt voor ruis in de markt. “Afhankelijk van de soort opdrachtgever waar onze klanten voor werken merk je dat het méér of juist mínder leeft.” Dealers hebben dus steeds meer met externe invloeden te maken.
Hoe de markt zich ook op de lange termijn zal ontwikkelen, diesel of elektrisch, op beiden is Veluwenkamp ingericht en feitelijk gezegend met een centrale locatie in het werkgebied die goed bereikbaar is. “We zitten op een uurtje rijden van Amsterdam, maar ook van Arnhem, Enschede of Groningen een uurtje” stellen de ondernemers tevreden vast. Al is de mobiele service steeds belangrijker en daarmee de afstand tot de klant iets minder relevant. “We merken dat onze klanten vaak druk zijn met hun lopende werk. Door bijvoorbeeld een servicebeurt en het keuren op locatie te doen kunnen we hen verder ontzorgen” zeggen de mannen.
De eigen werkplaats wordt naast het onderhoudswerk óók gebruikt voor het klaarmaken van de nieuwe en de ingeruilde machines. Die gaan, vrijwel zonder uitzondering, allemaal weer terug in Nederland de markt op voor een tweede of derde leven. Zelden gaan ze de grens over voor export. “Ook deze gebruikte machines kunnen we weer helemaal klaarmaken met nieuwe pennen en bussen in de giek, een opknapbeurt en een nieuwe laklaag. Er komt altijd een klant voor, ook dat is duurzaamheid.”
Tegelijk blijft investeren in de thuislocatie in Hattem ook nodig. Zo gaat Veluwenkamp het pand uitbreiden met 1.000 vierkante meter extra opslagruimte. “Kijk, een gedeelte van de voorraad aanbouwdelen moet nu nog buiten bivakkeren en dat is eigenlijk jammer” wijst Toebast junior naar buiten. Bijzonder is dat Knikmops 90% van de aanbouwdelen daadwerkelijk zelf bouwt in de eigen fabriek. Bij andere merken betreft dit vaak inkoopdelen die men door derden laat produceren.
“Bakken, vorken, klemmen. Alles bouwen ze zelf, tot en met een takkenschaar en betonixerbak aan toe. Knikmops is dan ook geen assemblagefabriek, ze bouwen alle machines zelf vanuit plaatstaal tot complete machine.” In die zin wil Veluwenkamp meegroeien met Knikmops, dat de productie wil opvoeren én het modelaanbod gaat verbreden. Veluwenkamp wil daarom óók nieuwe markten gaan aanboren. “We hebben de eerste machines geleverd in het agrarische en daar zien we ook kansen voor Knikmops” besluit Toebast.
Bron: https://www.bouwmachines.nl/62278/vol-gas-door-met-knikmops?giftCode=_b7UmJxVjXjhWxZ634P2_XktCLJeU3LTaM4HCN1Y007QUNGm6Oi3COceAlLW8iGv